Binnenwateren |
De Haagse Waternota,
dat is een item waarvoor ik uit mijn stoel kom. Ik heb wat met water, zeg
maar heel veel, en ik heb wat met Den Haag. Zoveel, dat mijn boot, nou ja
bootje, De Régâh
heet. Op zijn kontje prijkt die “kankâh régâh, de interpretatie van het Haagse logo zoals Marnix
Rueb die ziet. Op mijn ligplaats in Nieuwkoop hoor ik nog wel eens “kijk nou,
de Reggae”, maar in Friesland heeft het over het Slotermeer geschald: “Kék nâh, de Régâh”.
Dat was een Hagenaar, dat kan niet missen.
Eén keer per jaar
zaten we aan de oevers van het kanaal te kijken naar de roeiwedstrijden van
de Nederlandse zeevaartscholen. Dat kan niet meer.
Eerst werd er een zuiveringsbunker in het Verversingskanaal gebouwd, ter
hoogte van de Willem de Zwijgerlaan. Vervolgens werd de Nieboerbrug de
Nieboerdam. Niks meer te roeien. Het sluisje bij het
eiland Vloek had al jaren daarvoor plaats moeten maken voor de Norfolklijn.
De bewoners van de Kranenburgweg lagen te daveren in hun bed vanwege de
vrachtwagens met goederen uit of naar Engeland. Ook dat is alweer
verleden tijd. Op de een of andere manier heeft Den Haag de slag verloren van
Vlaardingen. Ik zeg Vlaardingen! Maar ons inventieve
stadsbestuur weet dat economisch probleempje adequaat op te lossen. In een
paar maanden tijd staat er op het Norfolkterrein een “nood theater”, dat als
tijdelijk onderkomen dient voor het Residentieorkest, het Lucent Danstheater
en het Koninklijk Conservatorium. Bij tijdelijk denk ik aan een veredelde
circustent, maar deze kost 19 miljoen, en dat zie ik circus Renz niet neertellen voor hun onderkomen. Maar…. alles om
de synergie tussen muziek, dans en muziekstudenten te bevorderen. Ik dwaal niet af,
mocht u dat denken. Want via de artistieke oplossingen van het huidige gemeentebestuur
kom ik bij: het Spui. Met vlak daarbij: de Nieuwe Haven. In de omgeving: de
Gedempte Gracht. En de Kalvermarkt. Juist, dat zegt
alles. In vroeger tijden schijnen ze ook stadsbesturen gehad te hebben die
niet verder keken dan hun neus lang is. Die de putten gedempt hebben voordat
het kalf op de markt verdronken was. Die geen paarden meer nodig hadden om
goederen te vervoeren via de Trekvliet. Die havens in Scheveningen aanlegden
zonder de mogelijkheid van een verbinding naar het achterland via een
bestaand kanaal, de Koninginnegracht. Ooit bedoeld om vuil water af te voeren, maar dat is
mislukt. Misschien zit ik
historisch helemaal fout, maar volgens mij was Den Haag een netwerk van
grachten en kanalen toen aan het begin van de 20e eeuw de eerste
haven uitgegraven werd. Mijn vader heeft er als kleine jongen nog op de
zandhopen gespeeld. Net zoals mijn moeder de beurtschippers in het sluisje
van Leidschendam kende. Historische
vergissingen van mensen die dachten dat ze de zaken voor de toekomst
regelden. Maar ja, wie had
kunnen voorzien dat we dag dagelijks (heb ik niet zelf verzonnen) in grote
getale met sloepen op plassen, rivieren, kanalen en grachten zouden varen.
Gouda heeft voor veel geld de stad doorvaarbaar
gemaakt. Amsterdam heeft zijn grachten in ere
gehouden. Wij zitten met kolken in de Koninginnegracht, en met de Kuyperdam.
Als we de Bosbrug aanpassen, blijft hij zo laag dat
je nog steeds diep moet bukken om er met de Ooievaart
onderdoor te kunnen varen. In de Waternota
staat dat “….voor het vaarseizoen 2013 voor het eerst gebruik kan worden
gemaakt van de open-bruggen-route om vanaf het centrum via het
Verversingskanaal richting Scheveningen te varen. De bruggen worden op
verzoek bediend. Diverse nautische voorzieningen, zoals wachtplaatsen voor de
bruggen, worden gerealiseerd…” O ja? Hoe? Gaat de waterzuiveringbunker
op de schop? Dat zou fantastisch
zijn. Vanuit de Vliet, via de binnenstad naar de haven en dan naar open zee. Daar
droom ik van. Of per boot de hele
Koninginnegracht af naar de Havenkade in Scheveningen. Jachthaventje bij de
Blinkerd en daar weer rechtsomkeert, want Seinpost wordt echt niet afgebroken
voor een doorvaart naar de plek waar vroeger de bomschuiten op het strand lagen. Stel dat de
Waternota voor de helft gerealiseerd zou worden. Ik zie mij dan al, als
schipper naast god, met mijn Régâhtje door Den Haag
schuifelen en dan staat u langs de kant te zwaaien. Ja, een droom. Noor van Kooperen |