Haags Zwemwater

 

Met de zee voor de deur zou je zeggen dat Den Haag geen zwemwaterprobleem heeft. En  gezien het aantal baden dat gesloten is heeft de gemeente hetzelfde gedacht.

Het Loevesteinbad, de Regentes, de Mauritskade, de Escamplaan, Tholensestraat, allemaal verleden tijd. Verzopen in het grote Haagse denken. En hoe ik daarover denk heb ik al meerdere malen duidelijk gemaakt.

 

Vandaag hebben we het over zwemmen in de overgebleven Haagse zwembaden, zo ze niet gehuurd zijn door expats. Die kunnen het zich wel veroorloven. Zwemverenigingen van naam, zoals Zian, HZ&PC, DES, DSZ kunnen de huur voor een zwembad niet meer opbrengen maar in onze internationale stad van vrede en veiligheid en Shell ploetert de expat er lustig op los. Die hoeven niet op een eurootje meer of minder te kijken. Wat er nog wil wedstrijdzwemmen heeft zich geschaard onder de Startgemeenschap. HZ&PC en ZIAN,  grondleggers van de carrière van onze Erica hebben zich verenigd in HZZIAN maar daar wordt alleen nog aan waterpolo gedaan. Het ziet er niet naar uit dat Den Haag nog een Hoogenband of Velthuis zal voortbrengen.

 

Zwemmen is een sport voor de rich en famous aan het worden. Schoolzwemmen is beperkt, en als een school al aan schoolzwemmen doet dan is het pas in de hogere groepen. Waar ze meestal al hun zwemdipoma’s gehaald hebben. Want er kan veel veranderen in een land en een stad waar andere keuzes gemaakt worden (ok, nog maar een keer: zoals een cultuurpaleis en  het praktisch elimineren van de zorg): we blijven een waterland.

 

Ik herinner mij uit mijn tijd als voorlichter van de wethouder Onderwijs dat we extra voorlichtingsacties hebben gezet op de ouders van allochtone meisjes. Schoolzwemmen was een taboe voor ze. Tot er een kindje in een Haagse sloot voor de school verdronk. Gelukkig bestond schoolzwemmen toen nog.

 

Ouders in Den Haag moeten nu zelf hun verantwoordelijkheid nemen Zo gauw peuters kunnen lopen struinen ze ook het water in. Dus: opgeven voor zwemles, zo vroeg mogelijk. Uit ervaring met mijn kleindochter zeg ik dat je wel heel vroeg moet zijn. Net zoals je bij wijze van spreken met de foto van het embryootje je kind moet inschrijven voor de school van jouw keuze, zo moet je je melden bij  de gemeentelijke zwembaden. Daar komen ze op een wachtlijst. Als je na 2 jaar informeert hoe het er mee staat (de kleine is inmiddels 6.5, een leeftijd waarop haar moeder al twee diploma’s had) blijken er nog zo’n 500 voor je. Via via weet je haar er tussen te frommelen.

 

Mamma werkt, dus Oma zit aan de rand van het zwembad. Alwaar ik in zo’n drie talen heb moeten tolken aan een keur van expatkindjes en hun mamma’s. Die hoeven namelijk niet op een wachtlijst, ze kunnen de paar maanden dat ze in onze internationale stad van vrede en veiligheid wonen zo zwemles krijgen.

 

De accenten zijn verlegd, zullen we maar zeggen. Diezelfde kleindochter zit in de eerste klas van de grote school. O nee, groep drie. Al op de kleuterschool (groep 1 en 2) kreeg ze toetsen om te kijken hoe het met haar taalvaardigheid stond. De tobber wordt nu doodgegooid met weer een toets en weer één. Het zal zijn nut wel hebben. Persoonlijk vind ik het interessanter of ze zich redt als ze in het water valt.

Noor van Kooperen