Bewonersorganisaties

Ik wil mijn bewondering uitspreken voor wethouder Engelshoven. Dacht dat ze een wat wazige portefeuille had, maar niets is minder waar.

Het lijkt dat ik in mijn columns wat voor de vuist wegbabbel, maar neemt u van mij aan dat ik mij verdiep in het onderwerp van de dag. Zo heb ik een diepe studie gedaan naar het hoerenwezen, toen prostitutie een item was. Ook zocht ik naar de relatie tussen de zorg en de recessie. Die was er niet. Geen relatie.

Al dan niet de Pier opknappen mondde voor mij uit in de conclusie dat een drol meer opbrengt dan een verkeerd geparkeerde auto. Het lijkt een zijstraat, maar als je het hebt over het opknappen van de Pier dan denk ik dat dat een vlag op een modderschuit is als Scheveningen bruin ziet van de hondendrollen. In Scheveningen zijn hondendrollen toegestaan. Maar foutgeparkeerde auto’s worden zelfs nog om tien minuten voor twee ’s nachts beboet.

Het armoedebeleid van onze stad heb ik afgedaan als niet relevant. Als je als stad in 2012 besluit om een Cultuurpaleis te bouwen dan kent deze stad geen armoede.

U kunt het oneens zijn met mijn conclusies, maar u kunt niet ontkennen dat ik mij in de onderwerpen verdiep.

 

Aan de bewonersorganisaties in de stad heb ik een hele kluif gehad. Het zijn er 52. Hun activiteiten variëren van overleggen met woningcorporaties, bouwwethouders, verkeerswethouders, stadsschoonwethouders, economiewethouders, sportwethouders, zelfs de burgemeester…. tot aan de Sinterklaasviering, idem Kerst, de oudejaarsreceptie, paaseieren zoeken, koffieochtenden, Oranjefeesten, repaircafé’s, volkstuintjes, enfin, ik moet stoppen. Het is echt te veel om op te noemen. Goed, ze krijgen ambtelijke ondersteuning en, indien redelijk, subsidie. Om in een pand te zitten of om activiteiten te ondersteunen.

 

Al die klussen in de wijken worden gedaan door vrijwilligers. Die dus verstand moeten hebben van verkeersveiligheid, bouwnormen, havenbelangen, multi-evenementen, kinderopvang…

Ook nu moet ik stoppen.

 

De wethouders hebben het gemakkelijk. Een legioen van ambtenaren schrijft hun speeches, vergaart documentatie, bereidt het bezoek voor met de betrokken organisatie, informeert de pers en eventueel de politie.

 

Zo niet mevrouw Engelshoven. Die moet al die 52 organisaties bezoeken.

Overigens: hoe heeft het zo ver kunnen komen? 52! Het fenomeen “wijkorganisatie” startte toen Adri Duivesteijn vaart zette met de stadsvernieuwing in de oude wijken en Piet Vink wijken in zijn portefeuille had. Actiegroepen tegen de plannen werden als bewonersorganisatie “gesprekspartners”. Maar dat het zou resulteren in 52 organisaties,  ja dat zelfs de Vogelwijk en Benoordenhout, waar het “lommerrijk wonen is” als georganiseerd wijkoverleg zo hier en daar een subsidietje weggraaien voor een wijkactiviteit, daar hadden ze niet aan gedacht.

 

Die arme mevrouw Engelshoven. Ze heeft ze allemaal bezocht. Maar i.p.v. tot de conclusie te komen dat 52 toch wel erg veel is heeft ze in haar “Beleidskader Bewonersparticipatie” de burgers opgeroepen om zelf aan tafel te komen zitten en geen bewonersorganisatie nodig te hebben.

Conclusie: ze pakt de monopoliepositie van de bewonersorganisaties aan. Niet meer besturen, maar ondersteunen. Geen geld meer voor stenen, maar voor activiteiten.

 

Stel nou dat de Haagse burger gehoor geeft aan haar oproep. Dat wordt me een klus! Ok, ze zullen onze toekomstige koning niet met een wc-pot laten gooien. Dat is al gebeurd. Maar met een beetje creativiteit gaat mevrouw Engelshoven het nog heel druk krijgen.

Het voorbereiden van deze column was al een karwei. En dan hoef ik alleen maar te babbelen.

 

Noortje van Kooperen