Vredesmissies |
In de beginjaren
negentig was ik lid van de actiegroep
“Voormalig Joegoslavië“.
Die drong aan op ingrijpen in Bosnië vanwege de grootschalige
moordpartijen die er plaatsvonden. De Nederlandse politiek
gedroeg zich tot onze verbijstering behoorlijk laf en verschuilde zich achter
het motto: “Waar twee vechten, hebben twee schuld” .
Een goed argument voor kleine conflicten onder gezinsleden. Maar zodra de één
de ander de hersens wil inslaan, kom je er niet met zo'n
zinnetje. Dat was de situatie in Bosnië. Verder bestond de algemene opvatting
dat je die Moslims in Bosnië maar beter niet kon vertrouwen. Menige soldaat
vertelde hier in kranten en op TV dat je met de Orthodox Katholieke Serviërs tenminste tot zaken kon komen, want die hielden zich aan
de afspraken. Dat waren betrouwbare kerels. Dat klikte direct veel beter. Tevergeefs vroeg de
actiegroep bij de tweede kamer om militaire initiatieven – in samenwerking
met Europese partners - die de voortgaande gruwelen zouden doen stoppen. Tijdens een
actie voor de tweede kamer, die een week lang dag en nacht duurde, hebben we
geen enkel kamerlid
gezien. De universele vredesstichter van het InterKerkelijk Vredesberaad Mient
Jan Faber wilde niets van onze actiegroep weten. 'Wat het Comité doet, is toch eigenlijk Karadzic de oorlog verklaren" zei hij verontwaardigd. Hij zag meer in een
dialoog tussen Moslims en Serviërs. Ondertussen werd de stad Sarajevo 4 jaar
lang belegerd. De eerste levensbehoeften moesten de stad worden binnengesmokkeld. Iedereen
die de stad wilde ontvluchten liep het risico te worden afgeknald door
sluipschutters. Toen er eindelijk
onderhandelingen op gang kwamen, waren wij als actiegroep blij met de eerste
resultaten. Het begrip Safe Havens was voor ons
nieuw en riep de nodige twijfels op, maar de militaire top was dusdanig
zelfverzekerd dat wij zonder meer aannamen dat daarmee de veiligheid in die gebieden was
gegarandeerd. Wij trapten er in. Het is anders gelopen. Screbrenica heeft duidelijk gemaakt dat politici en de
militaire top een groot gebrek vertonen aan sociaal–psychologisch inzicht. De
opzet ter plekke was amateuristisch. De mogelijke gevolgen van hun besluiten
voor de bevolking werden niet overzien. Het zijn politiek/strategische
belangen, vermengd met veel onwetendheid, die het beleid bepalen. Een soldaat die op
vredesmissie – met of zonder gevechtstaak – wordt uitgezonden, kan ik dan ook
alleen maar zien als slachtoffer van een leiding die met veel bravoure de
eigen domheid weet te maskeren en "onze jongen" in een positie
brengt waar hij vaak andere belangen verdedigt dan hem wordt voorgeschoteld.
De vijand bedreigt zoals dat heet – onze beschaving en welke jonge man voelt
dan niet de neiging om de vijand te bevechten. In Libanon is het de
beschaving van Israel om te doen en te laten met de Palestijnen
wat ze willen. De winnaar van ons optreden in Afghanistan is nog altijd de
drugshandel. Het is zelden "onze
beschaving" die als winnaar uit de bus komt. Henk Dorrestijn |