Armoede in Den Haag

 

Het ziet er naar uit dat ik in mijn eerste column voor Radio Discus appels met peren ga vergelijken. De uitzending gaat over het armoedebeleid in Den Haag. Daar is een prominent forum voor uitgenodigd, dat weet hoe het gesteld is met stadsgenoten die nauwelijks meer het hoofd boven water kunnen houden.

 

De wereld ligt op zijn gat, we zitten in een recessie waarvan het eind niet in zicht is, jongeren komen maar niet aan een baan, gezinnen kunnen hun hypotheek niet meer opbrengen, tweeverdienen is geen oplossing, want de kinderopvang is niet meer te betalen, studeren wordt weer een zaak van de happy few en bij het begrip voedselbank verblikken en verblozen we niet.

 

Voedselbank! Dat doet me denken aan de verhalen van mijn vader uit de twintiger jaren van de vorige eeuw. Vanuit de goedheid des harten bracht de kerk een pannetje soep bij de armen in de kerkgemeente. Het gaat er nu moderner aan toe: als je geregistreerd armlastig bent kun je je pakketje eten bij de voedselbank ophalen. Sterker nog: met de feestdagen zit er een extra traktatie bij! Heb dank, heb dank!

 

Excuses voor mijn cynisme. Maar juist vanwege dat pannetje soep van de diakonie was ik er trots op dat we dat achter ons gelaten hadden. Het was niet overal een vetpot, maar het was wel je eigen vetpot. Je werkte er voor en je hoefde niemand dankjewel te zeggen.

 

Het is een schot in opendoel, maar de tijden zijn nu anders. Voedselbanken blijken nodig.

Klanten van de voedselbank hoeven zich niet te schamen. Schamen moet zich een samenleving die accepteert dat het überhaupt noodzakelijk is.

 

Zo’n samenleving als de Haagse gemeenteraad die vindt dat iedereen kunst en cultuur moet kunnen beleven en daarom in meerderheid stemt voor een heus Cultuurpaleis, naast het IJspaleis. We zullen een nog bloeiender cultureel leven in de stad krijgen hebben ze ons beloofd. Deze broodnodige voorziening voor alle Hagenaars a raison van € 181 mln komt op de plek van de Anton Philipszaal en het Lucent Danstheater. Die gaan plat. Nog geen 20 jaar geleden mocht ik de opening van het akoestisch wonder meemaken, maar dat blijkt dus van bordkarton gebouwd te zijn.

 

Voor de poorten van de hel is de Ooievaarspas in de gemeentebegroting overeind gebleven. Mensen kunnen actief blijven meedoen in de stad, hun kinderen kunnen lid van de sportvereniging blijven.

Ik waag te betwijfelen of ze met hun Ooievaarspas ook een kaartje voor een concert in het Cultuurpaleis kunnen (en willen) kopen. De tijd zal het leren. Voorlopig moet het wonder van onsterfelijkheid van het huidige gemeentebestuur nog gebouwd worden. Door bouwvakkers uit de regio, was de harde voorwaarde. Schijnt ook weer achterhaald te zijn: er worden topvaklui uit Engeland gehaald om de bouw te versnellen.

 

Het is appels met peren vergelijken, dat realiseer ik me best wel. Armoedebeleid en een Cultuurpaleis: wat heeft het met elkaar te maken. Maar als we dan toch in de agrarische vergelijkingen terecht komen: raadslid Gerard Verspuy komt met een simpel en praktisch idee om volkstuintjes in te richten op grond die braak ligt omdat bouwen te veel risico met zich meebrengt in deze tijd van recessie. Groente uit je eigen tuin, dat scheelt weer een loopje naar de voedselbank!

 

Noor van Kooperen